Menu Sluiten

De hele wereld is een schouwtoneel

“De hele wereld is een schouwtoneel…..en alle mensen zijn maar acteurs.”- As you like it – William Shakespeare (1599).

De deftige man stapte naar binnen en vroeg de vrouw aan zijn zijde waar de schouwburg was. Ze liepen, niet hand in hand maar met hun lichamen schuifelend tegen elkaar de ingang binnen en vergoten zichzelf in de magie van hetgeen wat ’theater’ is.

Misschien de humor van speelse woorden. Misschien het loskomen van de dagelijkse verwachtingspatronen en afbakeningen. Misschien een bordspel waarbij de regels ter plekke verzonnen en naar wens aangepast mogen worden of een wereld waarin geen prinsessen teveel bestaan. Een spelterrein waarin vliegende eenhoorns en kussende kikkers volkomen toegelaten zijn. Is dat theater? 

De grens tussen theater en realiteit. Welkom in mijn continenten. Gelukkig kan ik zwemmen. Wie speelt vanavond de hoofdrol?  

Vroeg de man aan de vrouw. Ze hadden zich gesetteld in de fluweel rode zetels, hun jassen ergens hangend in een vestiaire tussen de jassen van eigenaren die minstens even geboeid waren door de tittel van het stuk. En alsof ze het op voorhand hadden afgesproken, was de zaal binnen twee seconden stil. De man begreep niet goed wat hij zag. Wat dat de bedoeling? 

De doeken gaan open en mensachtige levens proberen in hun meest pure zelf de zelve los te laten en te genieten van dat vrijheidsgevoel. De ene balkonscène, dramatische backstory, ineen geknutselde monoloog en vergeetachtige acteur na de andere kwam naar voren. Ze verorberen de overheerlijke, starende gezichten en gaan ten slotte verder waar ze gebleven waren.  

Waar waren we ook alweer gebleven? Theater en realiteit. Een grens die een schouwburg bestaande maakt. Een grens die vaak genoeg door elkaar loopt en ongemerkt in elkaar overgaat, wanneer mijn hoofd overuren draait na het zien van dat ene ‘schouwtoneel’.

De man kon een traan die over zijn wang liep niet tegenhouden. De vrouw bloosde. Dat doe je niet vaak, zei de vrouw tegen de man. De man knikte bevestigend. Het leek alsof er op dat moment genoeg communicatie was geweest om elkaar te begrijpen.

In ieder geval, of ik me nu binnen de realiteit en buiten het concept theater bevind, of op scène sta in een voorstelling, of door de gangen loopt, door de straten, door de massa, jullie zijn mijn medespelers. Het leven is een schouwtoneel en alle mensen zijn maar acteurs. En we zijn allemaal ook maar gewoon een personage. Het leven is een schouwtoneel en ik ben blij dat jullie, de hoofdacteurs van mijn dagelijkse creaties vormen. Soms komt daar al eens een onverwachte, ongewenste, of juist verrassende figuratiefiguur in die wij weten te bespelen, misschien af scène weten te spelen of verwelkomen in onze Disney-horror-desperate housewives-fantasie. We bespelen elkaar, we spelen in op elkaar. Het leven is één groot spel. Een combinatie van serieuze zakenmannen, ontpoppende vlinders en lieve prinsessen. Van eenzame monologen en romantische dialogen.

Welkom in de vrijheid van mijn speelterrein. Van personage veranderen is volkomen toegestaan. Wij hebben nooit genoeg prinsessen. De gordijnen gaan open en mijn hartslag begint sneller te slaan. Zal ik mezelf ooit ergens meer thuis voelen dan op scène?

Mag ik die vraag over tien jaar beantwoorden?

De vrouw en de man, deze keer wel hand in hand, stapten tevreden en besprekend naar buiten. ‘Wat knap gedaan weer, vindt u niet? We zouden vaker naar theater moeten gaan.’ En hun leven leidde verder. 1 jaar later zaten beiden naast elkaar in de schouwburg. Wandelend naar buiten, voerden ze dezelfde woordwisseling.

18671156_1061825503947358_3076785797468936711_n

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *